Prinsjesdag: alle HR- en salariswijzigingen om rekening mee te houden voor 2025
Prinsjesdag komt er weer aan, het moment waarop de Nederlandse regering haar plannen voor het komende jaar presenteert. Na maanden van onderhandelen hebben we een nieuw kabinet. Hoewel het nog grotendeels afwachten is wat de concrete plannen van het nieuwe kabinet gaan zijn, komen er verschillende veranderingen op ons af (geïnitieerd door het vorige kabinet). Ook dit jaar brengen wij alle HR- en salariswijzigingen die eraan komen voor je in kaart. Zo kun jij goed voorbereid aan de slag gaan!
Wijzigingen Wet Tegemoetkoming Loondomein
De Wet Tegemoetkoming Loondomein (WTL) wijzigt ingrijpend vanaf 1 januari 2025. Sommige tegemoetkomingen worden afgeschaft of versoberd, andere worden op termijn structureel.
Lage-inkomensvoordeel (LIV)
Per 1 januari 2025 vervalt de tegemoetkoming die werkgevers kunnen krijgen voor werknemers met een uurloon van gemiddeld minimaal 100% en maximaal 104% van het wettelijk minimumloon.
Het LIV is bedoeld als stimulans voor werkgevers om meer mensen met een kwetsbare positie op de arbeidsmarkt in dienst te nemen en te houden. In de praktijk levert het LIV maar beperkt kansen op voor deze groep werknemers.
In september 2025 ontvangen werkgevers van UWV de laatste beschikking met LIV over het kalenderjaar 2024.
Afbouw loonkostenvoordeel ouderen
Het loonkostenvoordeel voor werkgevers die oudere werknemers in dienst hebben, wordt vanaf 2025 stapsgewijs afgebouwd. Het loonkostenvoordeel voor oudere werknemers met een dienstbetrekking begonnen op of na 1 januari 2024 wordt:
- per 1 januari 2025 verlaagd van € 3,05 per uur met een maximum van € 6.000 per jaar naar € 1,35 per uur met een maximum van € 2.000 per jaar
- per 1 januari 2026 afgeschaft.
Voor dienstbetrekkingen die zijn begonnen vóór 1 januari 2024 blijft het loonkostenvoordeel ongewijzigd. Dit loonkostenvoordeel kan maximaal 3 jaar toegekend worden.
Loonkostenvoordeel herplaatste arbeidsgehandicapte zonder recht op WIA
De voorwaarden voor het LKV herplaatste arbeidsgehandicapte werknemer worden verruimd. Nu heeft een werkgever alleen recht op dit LKV als de werknemer aan het werk is en in de maand voorafgaand aan de werkhervatting recht heeft op een uitkering op grond van de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen (WIA).
De verruiming houdt in dat de werkgever ook recht heeft op deze LKV als de werknemer werkt terwijl hij nog in afwachting is van het recht op een WIA-uitkering.
Deze verruiming gaat in per 1 januari 2026.
Loonkostenvoordeel Banenafspraak structureel
Om het LKV banenafspraak te vereenvoudigen moet deze structureel worden. Het doel daarvan is het vergroten van de duurzaamheid van de banen voor mensen uit de doelgroep banenafspraak. Op dit moment is de LKV banenafspraak beperkt tot 3 jaar. Daarmee verdwijnen gecreëerde banen ook vaak na die periode.
Ook de doelgroepverklaring bij de aanvraag van dit LKV wordt geschrapt. Werkgevers kunnen straks op basis van het doelgroepregister banenafspraak bepalen of ze voor een werknemer in aanmerking komen voor het LKV banenafspraak.
Om werkgevers te belonen voor het in dienst nemen van mensen met een arbeidsbeperking wordt een banenafspraakbonus ingevoerd. Als de werkgever aan de voorwaarden voldoet, kan hij een bonus ontvangen van € 5.000 per gerealiseerde baan van gemiddeld 25,5 uur per week. Dit gebeurt door het bestaande LKV banenafspraak te verhogen met € 3,76 per verloond uur. Inclusief het LKV van € 1,01 per verloond uur bedraagt het LKV banenafspraak in dat geval € 4,77 per verloond uur, met een maximum van € 9.500 per jaar. Deze bedragen staan nog niet vast, maar zijn indicatief.
Dit wetsvoorstel is in 2023 ingediend maar nog niet behandeld in de Tweede kamer. Ingangsdatum is nog onbekend.
Verplichtstelling vertrouwenspersoon
Organisaties met 10 werknemers of meer moeten verplicht een vertrouwenspersoon aanstellen waar werknemers terecht kunnen met meldingen over ongewenste omgangsvormen op de werkvloer.
De mogelijkheid om in vertrouwen, in een veilige omgeving, melding te kunnen maken van ongewenst gedrag op het werk moet leiden tot de-escalatie en minder verzuim.
Deze initiatiefwet is in 2023 aangenomen in de Tweede kamer en nu in behandeling in de Eerste kamer. Beoogde ingangsdatum is 1 januari 2025
Anoniem melden misstanden
In 2023 is de Wet bescherming klokkenluiders grotendeels in werking getreden. De verplichting voor de werkgever om anonieme meldingen over mogelijke misstanden te ontvangen en te onderzoeken is nog niet in werking.
Conceptbesluit
In het conceptbesluit heeft de Staatssecretaris Digitalisering en Koninkrijksrelaties vastgelegd welke eisen worden gesteld aan de meldprocedure en aan de onafhankelijke functionaris bij wie de anonieme melding kan worden gedaan:
- In de meldprocedure moet de werkgever vastleggen dat, in het geval een melder anoniem het vermoeden van een misstand meldt, de functionaris voor zover mogelijk afspraken maakt met de melder over de wijze waarop deze benaderd wil worden gedurende het vervolg van de meldprocedure.
- De werkgever wijst ten minste één functionaris aan die niet tevens werkzaam is in een leidinggevende functie, dan wel een functie die primair betrokken is bij het werven, aannemen en ontslaan van medewerkers, zoals een HR-functionaris, binnen de organisatie van de werkgever. De werkgever kan ervoor kiezen een extern persoon aan te wijzen, maar dat hoeft niet.
- De functionaris handelt bij de ontvangst en, indien aan de orde, de overdracht van de melding op zodanige wijze dat de anonimiteit van de werknemer die een vermoeden van een misstand anoniem meldt, wordt gewaarborgd.
- De functionaris brengt minimaal één keer per jaar schriftelijk verslag uit aan het hoogste gezag van de werkgever en aan de ondernemingsraad over het aantal anonieme meldingen en de aard van de meldingen. Het verslag mag uiteraard geen tot personen herleidbare gegevens bevatten.
- De werkgever waarborgt de onafhankelijke positie van de functionaris en stelt deze in staat de functie zelfstandig te vervullen. Deze keuze kan enkel door de melder zelf worden gemaakt, niet door de functionaris.
Dit besluit is nog niet definitief. De verwachte inwerkingtreding is 1 januari 2025.
Opnieuw uitstel bedrag ineens?
Het onderdeel ‘bedrag ineens’ van de Wet bedrag ineens, RVU en verlofsparen is nog niet in werking getreden vanwege uitvoeringsproblemen.
Met het ‘bedrag ineens’ krijgen pensioendeelnemers de mogelijkheid om in een keer een bedrag op te nemen, tot maximaal 10 procent van het totale ouderdomspensioen, als zij met pensioen gaan. In de oorspronkelijk aangenomen wet staat dat dit bedrag ook in februari van het jaar volgend op pensionering mag worden uitbetaald. In het wetsvoorstel Herziening bedrag ineens wordt het keuzemoment beperkt. Daarnaast wijzigt het wetsvoorstel Wet op de loonbelasting 1964 om ervoor te zorgen dat over het opgenomen bedrag geen AOW-premie betaald hoeft te worden.
Deze wijziging is nog niet definitief. De parlementaire behandeling van het wetsvoorstel is al meerdere keren uitgesteld. Naar verwachting zal de wijziging niet voor 1 juli 2025 in werking treden.
Minder snel herziening premie Awf
Voor werknemers met een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd die geen oproepovereenkomst is en die bovendien schriftelijk is overeengekomen mag de werkgever de lage premie Awf toepassen. Jaarlijks moet vervolgens een toetsing uitgevoerd worden op een overschrijding van verloonde uren ten opzichte van de contractueel overeengekomen uren. Bij een overschrijding van meer dan 30% moet premieherziening premie Awf worden toegepast. Over de verloonde uren is in dat geval de hoge premie Awf verschuldigd in plaats van de lage premie.
Werknemers met een gemiddelde arbeidsomvang van 35 uur of meer per week zijn uitgesloten van deze toetsingsverplichting. Per 2025 wordt de grens voor de toetsingsplicht verlaagd naar een gemiddelde arbeidsomvang van meer dan 30 uur per week.